Zes poëtische reacties op bestaande gedichten

66

Is dit mijn derde adem

Martijn van Bruggen

Hoe maak je een eigen antwoord op een gedicht? Op de meest recente Vuurlanddag schreven Vuurlanders in korte tijd een gedicht als reactie op een bestaand gedicht dat ze aansprak. In deze reeks lees je zes resultaten daarvan. In deze laatste aflevering: Martijn reageert op ‘Second Wind’ van Louise Glück uit de bundel Winterrecepten van het collectief (2022).

Ik had het melancholische Winterrecepten van het collectief van Louise Glück al eens gelezen, en tijdens de Vuurlanddag voelde ik me er weer toe aangetrokken: ik houd heel erg veel van de verraderlijk simpele, prozaïsche regels van Nobelprijswinnaar Glück. Het gedicht ‘Second Wind’ is denk ik mijn favoriet uit de bundel. Daarin vertelt het ene zusje over hoe baldadig ze vroeger was als klein meisje, waarna het andere zusje (het lyrisch-ik) dat ietwat ontkracht. Vervolgens gaat de moeder daar als een bulldozer overheen door te zeggen dat beide zusjes zeer braaf waren. Het gedicht eindigt als volgt: ‘Not in our heads, / my sister said. I put / my arms around her. What / a brave sister you are, / I said.’ Dit gaat om herinneringen, maar ook iemands voorstellingen hoeven totaal niet overeen te komen met hoe de ‘werkelijkheid’ uitpakt. Daar wilde ik over schrijven.

*

IS DIT MIJN DERDE ADEM

mijn tweede wederkeer
mijn allereerste opgave
heb ik nooit volbracht
ik dacht van wel ik dacht
dat ik voelde dat ik won
had haar arm op de tafel
platgedrukt en viel mee
lig net zo hard
hijgend in de kuil
het gat gedempt
het uitzicht adembenemend
ik denk nog steeds dat –

op een stoel met poten
ben ik mijn arm verloren
maar zij ook we liggen
hier prima
iedere voortzetting een verlenging
van onderliggend lijden
van exponentiële rot
er is geen God er is een zonde
die zichzelf gezuiverd heeft
tussen hemel en aarde is geen relatie meer
er is compost