Liefde scheen mooi te zijn

Chard van den Berg

‘Hoe ging het?’ vroeg Anya. 

Anya keek vanuit haar raampje naar het landschap waar ze aan voorbijtrokken. Twee eekhoorns hadden zich verzameld op de tak van een eikenboom en vielen niet veel later te pletter op aarde die bezaaid lag met bladeren. De herfst naderde. Hoewel Anya’s ogen dit alles gadesloegen, drongen de beelden niet door tot haar brein. 

‘We hebben ons best gedaan toch?’ antwoordde hij. 

‘Deed ik het niet goed genoeg?’

Hij zweeg.

Anya bekeek zijn gezicht. Ze probeerde iets op te maken uit de stand van zijn lippen, zijn ogen. Ze waren alleen verborgen achter donkere zonnebrilglazen. Hij keek naar het stuur waar het mercedeslogo op zat en tuurde daarna over een autoweg die eindeloos leek.

‘Volgens mij…’ zei ze. ‘Ook al hielp ik je moeder bij de thee, gaf ik ze een doos chocolade, ze mogen me niet. Je vader keek me zelfs amper aan.’

Hij vertikte het zijn kaken te bewegen en bleef strak staren naar de autoweg. Anya speelde met haar nagels en dacht aan veel dingen, zoveel dat ze haar gedachten zelf niet begreep en vermoedde dat iemand anders er de eigenaar van was. Op de radio klonk een liedje van André Hazes. Met het schelle, bombastische stemgeluid had Anja weinig op, ze veranderde van station. 

‘Wat doe je?’

‘Mag ik ook iets bepalen? Het was jouw idee om naar je ouders te gaan.’

Ze glimlachte, ze had het ironisch bedoeld, dacht hij, maar zeker weten deed hij het niet. Ze sprak met een accent, waardoor het voor hem soms lastig was om te begrijpen wat ze zei. Nee, beter geformuleerd; wat ze bedoelde. Misschien had hij haar wel verkeerd begrepen, misschien begreep hij haar altijd al verkeerd. Kun je van iemand houden als je er zelf niet zeker van bent dat je de ander begrijpt? Hij wist het antwoord niet, maar wist wel dat de vraag veel nadenkwerk vereiste. Te veel nadenkwerk voor een maandagmiddag. 

Het nieuws stond op, Gorbachev bleek dood te zijn, waarna Anya de radio harder zette. Prominenten spraken vol lof over hem, noemden hem een groot staatsman, de vader van het vrije Rusland dat stierf nadat het land amper geboren was. 

‘Wat een onzin, een miezerig mannetje was het, over de doden niets dan goeds, maar…’

‘Hij maakte toch een einde aan de koude oorlog, dat is toch knap en bewonderenswaardig?’ vroeg hij

‘Alles verraden is inderdaad een knappe prestatie, in negatieve zin. De val van het machtige Rusland was absoluut en definitief toen Gorbachev in een reclame van Pizza Hut speelde!’

‘Maar dankzij hem was er toch vrede?’

‘We denken altijd dat de vrede voor iedereen is, dat iedereen baat heeft bij de vrede, maar niemand vroeg ons of het onze vrede was!’

Hij staarde naar het gezicht van Anya. Ondanks dat de zonnebril zijn zicht donkerder maakte, zag hij hoe het rood op haar wangen zich uitspreidde over haar voorhoofd, wallen en nek. Zelfs haar lippen leken roder dan anders.

‘Hé rustig, Anya, het is oké,’ zei hij voorzichtig. 

Hij legde zijn hand op haar bovenbeen, waarna de rode tint wegtrok uit haar huid. Niet veel later sloot ze haar ogen. Slapend keek ze treurig, misschien dat ze droomde over Gorbachev, de Sovjet-Unie of haar toekomstige schoonouders. Tussen haar lippen hadden zich kleine hoeveelheden slijm opgehoopt, het liep nu uit haar mond en landde op de autostoel. Mensen kunnen je zowel bij dood als bij leven op de hielen zitten. 

Hij dacht aan het gesprek dat hij met zijn moeder voerde in de keuken, toen Anya en zijn vader in de woonkamer bleven. Hij hoorde geen geluid uit de woonkamer komen. 

‘Is dit een blijvertje?’ vroeg ze enigszins bezorgd.

‘Mam,’ zei hij lachend terwijl hij zijn hand vriendelijk op haar linkerschouder legde. 

‘Ja nou, je weet het niet lieverd.’

‘Wat bedoel je?’

‘Nou ja…..’

‘Zeg wat je wilt zeggen, mam,’ zei ik stellig.

‘Oké, je weet het nooit met die Russen,’ zei ze aarzelend. ‘Kijk naar wat ze in Oekraïne gedaan hebben.

Het citaat galmde na in zijn hoofd, luid, maar klonk tegelijk ingetogen. De invloed van zijn moeder was groot, maar was Anya’s invloed groter? Hij twijfelde, bewoog zijn hoofd van links naar rechts en hoopte op een duidelijk antwoord. Denken was een weerzinwekkend lot.

Kun je van elkaar houden als je elkaar niet echt begrijpen kan?