Als eigendom van de tijd loopt mijn longlucht langzaam uit,
ben ik verloren potentieel dan is dat omdat ik niet gezwommen heb
tussen de kwallen die als manen de zeegrond belichten,
bodembeestjes die zich geen vinnen maar vleugels hadden gewenst
is dat wat het water zoet maakt? Een belofte ’s avonds laat thuis te komen
en er antwoorden vinden, ik wil de boodschap in de fles zijn van een zee
die haar grenzen niet voor waar neemt, er zit al zand tussen mijn kiezen
nog met mijn vingers heb ik witte striemen in de rotswanden getrokken, we dachten niet dat verglijden mocht, dat heet dan schuimkoppen dat heet dan erosie dat heet dan een verloren zaak, maar geluk kent zijn littekens niet, het water wordt nog warmer voor je erin duikt, echt