Zeven verhalen door zeven schrijvers over één festival

57

De dertigersmaag

Roddia Rumahloine
© Ola Enzler

Het was mijn idee om mijn dertigste verjaardag op het festival te vieren. We zitten met z’n allen op vuilniszakken voor ons tentenkamp, de felle ochtendzon heeft ons uit onze tentjes gebrand.

De groep heeft net voor me gezongen en mijn collega Paula verwarmt vegetarische knakworstjes op haar eenpitter. Paula is een goede vervanger voor mijn beste vriendin Jade, die broodjes chips voor me zou hebben gemaakt maar dit jaar niet mee wilde, omdat ze ‘geld wilde sparen’ en ‘het druk had op haar werk’.

‘Deze is voor jou, feestbeest.’ Paula geeft me een broodje worst. ‘Hiep hiep!’

Ik ruik het kleffe witte broodje en ik weet niet wat het is, maar ik heb geen trek.

‘Wat kijk je vies,’ zegt Paula. ‘Heb je een kater?’

‘Nee,’ zeg ik en ik neem een hap om te bewijzen dat het broodje er appetijtelijk uitziet.

‘Annisa heeft nooit katers!’ roept Joey met zijn mond vol.

‘Precies!’ zeg ik luid.

Paula’s vrienden juichen alsof ik een held ben en ik doe mijn best om het stukje worst niet uit te spugen. Ik leg de rest van het broodje even naast me neer. Misschien moet ik eerst douchen.

*

De lange wachtrij in de volle zon maakt de misselijkheid erger, maar het koude water van de douche helpt. Ik droog me af tussen de andere naakte vrouwen. Sommigen beschermen hun lichamen met grote handdoeken, anderen vegen ongegeneerd hun bilspleet droog. Ik behoor meer tot de eerste categorie, Jade tot de tweede. Op de basisschool paradeerde ze met gym al door de kleedkamer, ze had eerder borsten dan de rest en ze was de eerste die voorstelde om bij de jongens te gluren.

Voor de spiegel doe ik mascara op. Afgezien van het weeïge gevoel in mijn maag heb ik zin in de dag. Ik heb geen idee wie er vandaag allemaal optreden, Paula is de baas over de line-up, ook daarmee is ze een degelijke opvolger van Jade, die altijd precies weet waar het beste feestje is. Ik hobbel mee, dans, rook sigaretjes, drink bier, meer bier, flirt. Dat vind ik het allerleukste aan festivals, ik kom nooit voor de muziek.

‘Heeft iemand een tampon voor me?’ vraagt een vrouw met een handdoek om haar hoofd gewikkeld en ik antwoord: ‘Nope.’

*

Misschien heb ik gisteren iets verkeerds gegeten. Die curry die ik ‘s avonds had besteld smaakte nogal zuur. Ik moet gewoon even cola drinken en dan komt alles goed. Paula tuurt naar de festivalkaart op haar telefoon en wijst naar het icoontje van een oranje-blauwe tent. ‘Om 14:00 moeten we hier zijn.’

‘Ik wil eerst wat eten,’ zegt Joey.

‘Ik wil naar de bar,’ zeg ik, omdat dat iets is wat ik normaal zou zeggen.

De anderen willen een obscure dj zien.

‘Laten we dan om 13:45 afspreken bij de draak.’ Paula doelt op de enorme paarse draak die in het midden van het festivalterrein staat en over alle bezoekers waakt.

‘Bij zijn staart of kop? Dat ding is nogal groot.’

Paula lacht. ‘Bij zijn anus.’

‘Of haar anus,’ zegt Joey. ‘Vrouwen hebben ook anussen. En zijn soms ook draken.’

Paula geeft Joey een beuk en de groep gaat uit elkaar, Paula vergezelt mij naar de bar. ‘Twee bier,’ zegt ze tegen de barvrouw.

‘En een cola,’ zeg ik.

‘Wat? Cola?’

‘Het is warm,’ mompel ik.

We gaan op een bankje in de schaduw zitten. Ik neem kleine slokjes cola. Het plastic zakje met roze pilletjes prikt in mijn bh. Mijn maag trekt zich samen en ik probeer niet over te geven. In mijn hoofd neem ik het assortiment drankjes door dat ik gisteren tot me heb genomen: de prosecco bij de tent, bier, bier, bier, witte wijn, bier, daarna wordt het vager, maar dat wordt het altijd en mijn maag vindt dat normaal gesproken prima.

Ik dwing mezelf een slokje cola te nemen en vraag: ‘Pau, weet jij nog wanneer ik voor het laatst jouw kantoortampons heb geleend?’

‘Die tampons die je nog terug zou geven?’ Ze lacht. ‘Volgens mij was dat rond dat event in het gemeentehuis. Ik weet nog dat ik die jongen van het stadsloket aan de lijn had toen jij mijn laatje opentrok.’ Paula is goed in het maken van dat soort associaties, beter dan ik.

‘Gemeentehuis. Dus dat is een maand geleden?’

‘Eerder anderhalf. Moet je ongesteld worden? Ben je daarom zo stil?’

‘Ik denk het.’

‘Hier.’ Paula ritst haar tasje open en haalt er een tampon uit die ze ronddraait alsof het een kogel is voordat ze hem aan me geeft. ‘En nu gaan we dansen!’

*

Ik ben iedereen kwijtgeraakt, misschien wel een beetje expres. Het is het einde van de middag, de zon prikt iets minder in mijn ogen. Paula wilde harder dansen dan ik, bij elk hupsje werd ik misselijker en de cola die ik bleef bestellen hielp niet. Op mijn telefoon verschijnen berichtjes in de groepsapp, Joey staat rechtsvoor, Paula linksachter, kan iemand sigaretten halen?

Ik ga op een bankje zitten naast de pannenkoekenkraam, maar ik vind het ineens een vies idee dat mensen zompige pannenkoeken in hun mond stoppen, dus ik begin weer te lopen. Onderweg denk ik telkens dat ik Jade zie, maar het zijn slappe aftreksels met lelijkere kleren en minder stralende ogen. Waarom wilde ze dit jaar niet gewoon weer mee? Sinds ze met haar nieuwe vriend is, stuurt ze me geen uitnodigingen voor feestjes meer toe, maar foto’s van hen samen, of links naar koophuizen met visgraatvloeren en extra kamers.

Vrouwen met bolle buiken trekken voorbij, ik zie zelfs wat draagdoeken met baby’s erin en op de wc check ik een paar keer of ik de tampon van Paula al kan gebruiken.

Ik loop tot ik bij het Kunstbos kom, waar minder geurprikkels zijn en het koeler is. Op het matrassenveldje spot ik een leeg matras en ik ren erheen om te gaan liggen.

Ik plof neer en tegelijkertijd klinkt er nog een plof.

‘Hey,’ zegt een jongen met een bril, niet onknap. In zijn hand heeft hij een joint en hij neemt een trekje. ‘Wil je ook?’

*

We zoenen, de niet onknappe jongen en ik. Ik heb geen zin om zijn naam te vragen. Het gevoel dat ik mijn maaginhoud op het matras wil gooien is niet weg. Terwijl hij mijn rug streelt probeer ik me voor de geest te halen met wie ik naar bed ben geweest rond het gemeentehuisevent. Was het Ibrahim? Floris? Misschien appte ik toen wel met Ula. Ik wou dat ik het Jade kon vragen, er gebeurt tegenwoordig zo weinig in haar leven dat ze dit vast nog wel weet.

Ik week me even los en vertel de niet onknappe jongen over mijn verjaardag, over de groep en het tentenkamp.

Hij zoent me opnieuw en fluistert: ‘Wat ben je sexy.’

Ik heb geen zin meer in zoenen en duw mijn hoofd in zijn nek.

Hij schuift zijn hand in mijn bh en vindt het plastic zakje. ‘Wat hebben we hier?’

Hij haalt het zakje tevoorschijn, maar voordat hij het kan openmaken, gris ik het uit zijn hand.

‘Hey, we kunnen toch delen?’ vraagt hij.

‘Ik ben misselijk.’

‘Dit helpt tegen een kater.’

‘Ik heb geen kater.’

‘Niemand ontkomt aan de dertigersmaag.’

Ik sta op van het matras, trek mijn topje recht, pak mijn tasje en loop weg.

‘Hey!’ roept hij nog. ‘Sexy!’

Maar ik draai me niet om.

*

Op een van de bospaadjes bevrijd ik mijn maag dan eindelijk van haar inhoud.

‘Gaat het?’ vraagt een meisje dat langsloopt met haar vriend.

‘Te vroeg gepiekt,’ zegt de vriend.

‘Ik heb niet gepiekt,’ zeg ik. ‘Ik ben nuchter.’

Het is waar, alle biertjes en jointjes van vandaag zijn niet door mijn lippen aangeraakt en ik vraag me af waarom ik niet gewoon heb doorgezet.

De vriend schudt zijn hoofd en ze lopen verder. In de verte klinkt het begin van een onweersbui en ik ga de andere kant op tot ik bij de rand van een open veldje kom waar muziek wordt gedraaid. Mijn maag voelt een stuk beter nu alles eruit is. Ik hoef alleen maar wat te eten en dan kan ik gaan.

‘Annisa!’ Joey en de rest van de groep staan bij de patatkraam.

‘Nies!’ roept Paula. ‘Daar is ze. De bewaker van onze snoepjes. Waar was je? We waren je kwijt.’

Ik haal mijn schouders op, vis het zakje uit mijn bh en gooi het naar Paula.

‘Ik wil een halfje,’ zegt Joey.

‘Doe mij maar een kwartje. Hoeveel wil jij?’ vraagt Paula.

‘Annisa The Party Destroyer wil vast een hele!’ roept Joey.

Ik kijk naar het zakje met roze dingetjes en denk aan klompjes babycellen. Een nieuwe golf ellende komt omhoog.

‘Je bent nog steeds bleek,’ zegt Paula.

En ik wou dat Jade hier was, haar hand op mijn hoofd legde en een beetje geruststellend klopte.