alsof de begeerte geprogrammeerd is

Francesca Birlogeanu

ik bied jou de allerlaatste kruimel suikerwafel aan
zodat je gaat denken wauw daar wil ik mijn hele leven
mee spenderen en kinderen krijgen en in het rusthuis
samen overlijden aan een aortastenose omdat we
te veel suikerwafels hebben gegeten- enfin

elke beweging die ik maak moet een doel hebben
de hoek van mijn vingers met het glas zal onze toekomst voorspellen
in de sterren buiten en in de tramsporen kan ik lezen
hoe we in elkaar zullen passen straks ik ben bang dat jij verwacht
dat ik groter ben (ik zal krimpen als je me aanraakt)

de kaars drupt we zijn in het nu in de bar hangt zweetgeur
als rook plezier maken gaat als een fabriek lopende lachband
de mopjes hetzelfde als alle vorige keren de antwoorden
generiek en al lang geleden ingesproken door dezelfde stem
die zichzelf aanmeldde op datingsapps met de termen

-frisse meid
-allergisch aan sperma
-op zoek naar iemand ja gewoon iemand
-borsten mogen maar hoeven niet

ik bereken exact hoe snel ik ohh en amai seg en wow echt moet zeggen
de derdegraadsvergelijking eenparige rechtlijnige beweging die flirten heet
de eindbestemming staat op alle kaarten in het rood aangekruist je moet er
geblinddoekt met een slakkengangetje geraken zo spontaan alsof de begeerte
geprogrammeerd is en we lemmings zijn, pacmanspookjes
die happen happen happen

ik drink wijn omdat je mij de kaart gaf en me vroeg of ik te vinden was
voor rood (het enige rood dat ik graag eet zijn kanten beha’s en stoplichten)
ik wapper met mijn wimpers omdat je zei dat je als kind graag
vlinders in een bokaal ving
het zou een eer zijn om in jouw handen te stikken

ik maak mezelf zo omdat ik geniet van het proces het zelf
een plooibaar kunstwerk dat ik in de ochtend
samen met mijn vuile onderbroek in mijn tas zal proppen

(als je wegkijkt laat ik 
foefhaartjes en suikerwafelskruimels in je bed
zodat je je weg naar mij kan terugvinden)

ik zal een excuus bedenken, tchuus, ciao, Judaskus op de wang 
ik zal de deur zo hard dichttrekken
dat je mij in je botten voelt nazinderen
als een piepklein onzichtbaar stofje
dat je nooit meer uit je ogen kan knipperen