Zeven verhalen over een verdwenen ballerina

27

Paola

Emma Stomp

Natuurlijk is die vreemde blik in de ogen van de artistiek directeur haar niet ontgaan. Maar ze is ook moe na de premièrevoorstelling, er is een pas de deux waar ze niet helemaal tevreden over is, wat waarschijnlijk niemand in de zaal écht is opgevallen, behalve misschien een zure recensent, maar toch. Bovendien staan na de voorstelling haar familieleden die speciaal zijn overgevlogen uit São Paolo op haar te wachten, die met haar willen proosten op haar succes, dus vooruit, ze drinkt twee glazen prosecco met ze, ook al wordt ze de volgende ochtend om tien uur weer verwacht in de studio.
               Voor ze naar huis gaat checkt ze voor de zekerheid nog even de callsheet voor de matinee op zondag, maar Lyanna staat er gewoon weer op. Achteraf zal ze niet begrijpen waarom ze Lyanna niet op zo’n minst even een appje stuurde om te vragen of alles oké is, want het is niets voor haar om zomaar weg te gaan na een premièrevoorstelling. Wat is ze toch een waardeloze vriendin.

Die nacht heeft ze een vreemde droom over Lyanna, ze rijden samen op een scooter door Toscane. Lyanna voorop, zij achterop. Op een gegeven moment stopt Lyanna op een klein zandweggetje, links en rechts van hen glooiden de wijngaarden. Ze stapt af en gebaart dat Paola het stuur over moet nemen.
               ‘Ik ga nog even de omgeving hier verkennen, rij jij maar verder,’ zegt Lyanna.
               ‘Weet je het zeker?’ vraagt Paola.
Maar Lyanna heeft zich al omgedraaid en loopt regelrecht de wijnvelden in.

Ze schudt met haar hoofd als ze wakker wordt. Het brengt haar wel op een idee, als ze Lyanna straks weer ziet bij de repetities gaat ze het voorstellen. Ze zijn nu allebei toch weer single, waarom gaan ze na het seizoen niet gewoon samen naar Toscane? En natuurlijk zal ze Lyanna ook over die gekke droom vertellen en daar samen met haar over lachen.

Tijdens de ochtendles lijkt er niets aan de hand te zijn. De benen en armen worden gestrekt aan de barre, in een hoekje bereiden een paar ballerina’s hun spitzen voor. Er wordt gepraat over de geweldige premièrevoorstelling, over welke recensenten er in de zaal zaten en of er dansers zijn die nu misschien promotie zullen maken. Paola is geen ochtendmens en dus begint ze in stilte te stretchen tot de les begint. Lyanna kan nog wel eens op het allerlaatste moment binnenkomen, zeker na een belangrijke voorstelling, maar als ze er na vijf minuten nog niet is krijgt Paola een eigenaardig gevoel in haar maag.

Na de ochtendles heeft ze altijd een kwartiertje om koffie te halen, iets kleins te eten, een appje te sturen naar haar familie misschien. In plaats daarvan belt ze Lyanna. Fuck, geen gehoor. Ze gaat naar haar repetitie, probeert zich te concentreren op haar danspartner: de lift uitvoeren, armen laten vallen.

Dan gaat de deur open. Het is Ton, de artistiek directeur.
               ‘Kan ik je even spreken Paola?’ vraagt hij.
Ze lopen naar zijn kantoor, hij biedt haar iets te drinken aan, voor de vorm vraagt ze om koffie.
               ‘Het gaat over Lyanna hè?’ vraagt ze voordat hij iets kan zeggen.
Ton komt terug met twee kopjes koffie en gaat tegenover haar zitten.
               ‘Ja.’
Het blijft even stil, het valt haar op dat hij er moe uitziet. Normaal gesproken is ze een beetje bang voor Ton, de man die carrières kan maken of breken, voor wie ze altijd extreem haar best doet. Maar nu ziet hij er opeens vreemd en kwetsbaar uit.
               ‘Sinds gisteravond heb ik niks meer van haar gehoord,’ zegt Ton. ‘Ze is nog geen 24 uur vermist dus het is nog te vroeg om de politie in te schakelen, maar ik vroeg me af of jij iets van haar gehoord hebt.’
Hij kijkt haar zo verwachtingsvol aan dat het bijna fysiek pijn doet om hem teleur te stellen.
               ‘Nee,’ zegt ze. ‘Ik heb niks gehoord.’
Ton neemt een slok koffie, knikt heel begrijpelijk alsof ze hem zojuist vertelt heeft dat ze de middag vrijaf neemt omdat ze met een blessure zit.
               ‘Oké, ik dacht misschien, omdat jullie zulke goede vriendinnen zijn.’  
Weer dat schuldgevoel, dat ze iets had moeten zien wat ze niet heeft gezien.
               ‘Ze neemt niet op.’
               ‘Nee bij mij ook niet. Fuck, ik hoop echt dat alles oké met haar is.’
               ‘Ik ook.’
Het blijft even stil, dan verhardt Tons blik weer, wordt hij weer de zakelijk directeur zoals ze hem kent.
               ‘Ga maar terug naar je repetitie, je zult je tijd hard nodig hebben. Mochten er dingen bekend zijn dan laat ik het je weten, goed?’
Als ze zijn kantoor uitloopt hoort ze hem tegen iets hards slaan, weer een keer vloeken.